Op Jamaica groeien en bloeien heel veel verschillende soorten bomen, planten en bloemen. Alle plantensoorten op het tropische eiland zijn ondertussen in kaart gebracht.
Op Jamaica groeit veel bamboe. Bamboe is een naam die uit het Maleis komt. In alle talen van de wereld wordt deze naam gebruikt, of klonen van deze naam zoals bamboo, bambu, et cetera. De stengels van bamboe zijn hol van binnen. Bamboe kan grote hoogtes bereiken; zo kan de reuzenbamboe doorgroeien tot een hoogte van 35 meter.
Op Jamaica zijn meer dan zestig verschillende soorten bromelia’s te aanschouwen. Sommige van deze soorten kunnen gigantische afmetingen aannemen, te groot voor in je huiskamer.
Op Jamaica groeien heel erg veel cactussen, sommige exemplaren kunnen torenhoog worden.
De cinchona werd in 1860 vanuit Zuid-Amerika naar Jamaica gebracht. Er werden vervolgens grote cinchona-plantages op het eiland aangelegd. De cinchona-boom was namelijk de grondstofleverancier van kinine. Toentertijd was kinine een belangrijk middel om malaria en koorts te bestrijden. Heden ten dage zijn de cinchona-plantages voor het leeuwendeel verdwenen, maar links en recht duiken er nog wel cinchona-bomen op in het landschap, met name in de Blue Mountains.
Op het moment dat de flamboyantbomen gaan bloeien, is dat een regelrecht feest voor de ogen; de bloesem van de boom is namelijk betoverend mooi fel oranje gekleurd.
Als je aan Jamaica denkt, denk je in eerste instantie aan witte stranden, een blauwe zee, reggae, Rastafari’s en wiet (marihuana, cannabis). Op Jamaica wordt wiet ganja genoemd. Ganja werd in het verleden uit voormalig Oost-Indië door contractarbeiders naar Jamaica gebracht. Op Jamaica is het officieel niet toegestaan om ganja te roken, maar je ruikt het overal. Ganja is sterk verbonden met de Rastafari-cultuur. Op Jamaica word je als toerist de hele door dag ganja aangeboden, maar ga daar niet op in. Wimpel het op een aardige en tactische manier af. Toch verandert mondiaal langzaam de houding ten op zichte van marihuana, ook op Jamaica. Marihuana blijkt namelijk een zeer effectief middel te zijn bij de bestrijding van onder andere glaucoom, diabetes en bronchitis.
De Jamaicaanse roos (merianas) is een prachtige plant.
De katoenboom groeit veelvuldig op Jamaica. De Arawakken gebruikten de katoenboom voor het maken van hun kano’s. Voor de Afrikaanse slaven die op Jamaica te werk gesteld werden, waren de katoenbomen ook heel erg belangrijk, zij dachten namelijk dat de katoenbomen onderdak gaven aan geesten.
In het westen van Jamaica aan de kust bevinden zich uitgebreide mangrovebossen. Deze mangrovebossen zijn onderdeel van onderwaterparken en worden dus goed beschermd en beheerd.
In de hoge delen van Jamaica groeien verschillende soorten mossen.
Op Jamaica groeien veel verschillende soorten orchideeën; meer dan tweehonderdtwintig. Van deze tweehonderdtwintig soorten orchideeën, zijn er drieëndertig inheems en komen dus alleen maar voor op Jamaica.
Op Jamaica worden veel verschillende kruiden en specerijen gebruikt. Uiteraard worden kruiden en specerijen aangewend om het eten op smaak te brengen, maar daarnaast worden kruiden ook gebruikt om patiënten te genezen en tijdens religieuze rituelen. De indianen (Arawakken) introduceerden pimento op Jamaica. Pimento wordt ook geëxporteerd. Pimento is voor Jamaicanen heel erg belangrijk. Van pimento wordt namelijk de allspice-saus gemaakt en deze saus wordt gebruikt bij de twee populairste Jamaicaanse gerechten: jerk pork (geroosterd varkensvlees) en jerk chicken (geroosterd kippenvlees).
Op Jamaica komen veel soorten rododendrons voor. Sommige soorten met hele grote afmetingen.
Op Jamaica gedijen varens bijzonder goed. Op het eiland zijn meer dan zeshonderd verschillende soorten varens geteld. Dat varieert van hele grote varens tot hele kleine exemplaren. Het lijkt wel dat varens overal groeien waar de inheemse bomen en struiken zijn weggekapt. De grootste varen die op Jamaica groeit, is de boomvaren (tree fern). Het is een varensoort die zo hoog kan worden als een boom, zoals zijn naam al doet vermoeden. Bovendien kunnen ze heel erg oud worden. Sommige exemplaren bereiken een leeftijd van meer dan 150 jaar.