Tegenwoordig is de Jamaicaanse jeugd helemaal gek van toasten, dubben of rappen. Dat geldt niet alleen voor de jeugd van de sloppenbuurten van de grote steden, maar ook voor de jeugdigen van het hele eiland. Jamaicaanse rappers rappen in het patois. Het patois is het Jamaicaanse dialect. De teksten die zij schrijven, zijn geïnspireerd op het dagelijkse leven op Jamaica en gaan over de mistoestanden op het eiland, de immer aanwezige hoop, relaties, sex, geloof, et cetera. Een belangrijke rol bij de verspreiding van nieuwe muziek op Jamaica, zijn de dj’s (diskjockeys). Dat was vroeger ook al het geval. Gedurende de jaren veertig van de vorige eeuw reisden veel dj’s met verplaatsbare discotheken langs gehuchten, dorpen, steden en plantages om daar de allernieuwste sounds aan het publiek ten gehore te brengen.
Deze dj’s waren zeer getalenteerde sprekers die de platen op een professionele manier aan elkaar praatten. Naast het feit dat zij nieuwe muziek bij de mensen brachten, waren zij toentertijd ook de verspreider van het nieuws. Waarschijnlijk grijpt de oorsprong van dit fenomeen plaats op een traditie uit het westen van Afrika; de zogenaamde talking drum-traditie. Hieronder wordt verstaan dat er onder begeleiding van ritmisch trommelgeroffel, verhalen werden verteld.
Yellowman (DJ Winston Foster) is de beroemdste Jamaicaanse rapper. Hij zorgde ervoor dat het rappen in de jaren tachtig van de vorige eeuw heel erg populair op het Caribische eiland werd. Op alle grote muziekfestivals was Yellowman aanwezig om het publiek te vermaken en met harde en seksistische grappen. De overheid kon het niet altijd waarderen, maar het volk had de grootste lol. Eek-a-Mouse, Shaba Ranks, Ninja Man en U Roy zijn voorbeelden van andere succesvolle Jamaicaanse rappers. Heel veel Jamaicaanse jongeren dromen van een carrière in de muziek, er is echter heel veel concurrentie. Slecht een handjevol beginnende artiesten haalt de top en kan er uiteindelijk van leven.